Brandhout is verkrijgbaar in verschillende kwaliteiten
Sommige houtsoorten zijn minder geschikt om te gebruiken in een houtvuur dan andere. En dit heeft dan alleen te maken met de snelheid waarmee ze branden, niet zoals meestal verkeerd wordt aangenomen met het vervuilend effect dat ze zouden hebben op de schoorsteen. Hout dat onvoldoende gedroogd is zal weinig warmte geven en verantwoordelijk zijn voor roetafzetting in de schoorsteen.
Bij goed gedroogd hout heeft men hier geen problemen mee, ongeacht de houtsoort die men gebruikt. De ideale vochtigheidsgraad van het hout ligt rond 15 tot 20%. Algemene regel hierbij is: hoe beter de verbranding is, hoe meer warmte u krijgt en hoe minder roetafzetting er is. Vermijd het gebruik van hout dat geverfd is of op een andere manier behandeld is. Gebruik alleen natuurlijk brandhout.
Hard hout brand zachter en langer dan zacht hout dat hard en snel brand. Dus in volume zal men een groter volume aan zacht hout gebuiken over een bepaalde tijd, maar met hetzelfde gewicht aan hout zal men bijna dezelfde hoeveelheid warmte kunnen bekomen. Brandhout dat voldoende gedroogd is zal tijdens het verbranden in een HR (Hoog Rendement) kachel geen rook afgeven.
Men kan er van uitgaan dat alle houtsoorten, zolang ze maar gezaagd, gekliefd en voldoende gedroogd zijn, bruikbaar zijn als brandhout. Alle houtsoorten leveren bij verbranding ongeveer dezelfde hoeveelheid energie per kilo hout. Het verschil zit in de dichtheid. Hardhout zoals eik of beuk weegt meer per kubieke meter dan berk of sparrenhout, dus eik of beuk zal per kubieke meter meer energie leveren omdat het gewicht hoger is.
Hout dat moet dienen om te verbranden moet zuiver zijn. Dit wil zeggen dat het niet geverfd mag zijn of behandeld met chemische produkten. Hout dat groen van kleur is is behandeld met bewaarmiddelen die onder druk ingebracht worden in het hout. Het is niet schadelijk voor de houtkachel of schoorsteen, maar wel voor het milieu. U moet ook opletten met de verbranding van paletten. Deze zijn soms behandeld met schimmelwerende produkten dewelke bij de verbranding een giftige rook afgeven.
Brandhout moet voldoen aan een aantal eisen
Verwarmen met hout zit in de lift. Door de steeds stijgende prijzen van elektriciteit, gas en stookolie is het verwarmen met hout populairder dan ooit. Hout is een natuurlijke brandstof die steeds kan vernieuwd worden door de aanplanting van nieuwe bomen. In vergelijking met fossiele brandstoffen zoals gas, stookolie en kolen zal hout veel minder schadelijke gassen afgeven tijdens de verbranding.
Bij de verbranding van fossiele brandstoffen komt er koolstofdioxide (CO2) vrij die gedurende duizenden jaren in de aarde heeft vastgezeten. Deze toevloed aan CO2 is verantwoordelijk voor het broeikast effect. Hout daarentegen bestaat voor 50% uit koolstof. Tijdens de verbranding van hout komt dit koolstof vrij als CO2 om terug opgenomen te worden door andere bomen.
Hierdoor is de impact op het milieu veel minder dan bij het verbranden van kolen, gas of stookolie. Door te kiezen voor hout als primaire verwarming kan men ten alle tijden zelfstandig beslissen over het gebruik en verbruik van de houtvoorraad.
Brandhout moet goed droog zijn
Het verbranden van hout dat te vochtig is moet steeds vermeden worden. Een kachel kan alleen zijn maximale efficientie bereiken indien de hoeveelheid vocht in het hout tussen 15 en 20% is. Het is ook belangrijk om het hout op een goede manier te laten drogen. Vers hout kan men best zo snel mogelijk verzagen, klieven en onder een afdak opslaan. Hierdoor zullen schimmels geen kans krijgen om het hout aan te tasten. Men moet ook vermijden om hout dat aangetast is door schimmels in huis te brengen. Hierdoor kunnen personen die gevoelig zijn allergische reacties vertonen.
Hoe lang kan een kachel branden met een bepaalde hoeveelheid hout? Dit is een veel voorkomende vraag waar spijtig genoeg niet direct een antwoord op te geven is. Brandduur is afhankelijk van veel verschillende factoren zoals welke soort hout gebruikt men en hoeveel procent vocht bevat dit hout? Indien u hout gebruikt met een hoge energetische waarde zoals alle soorten hard hout (eik, beuk en andere) waarvan het percentage vocht maximum 20% is dan kunnen de meeste goede kachels heel de nacht doorbranden op 1 lading hout met de luchttoevoer naar de kachel op minimum ingesteld.
Een nadeel is wel dat door het dichtdraaien van de luchttoevoer het venster zwart zal worden door de gereduceerde verbranding en de algemene lagere temperatuur in de kachel. Ook zal er meer roetafzetting zijn in de schoorsteen wanneer de luchttoevoer dichtgedraaid wordt.
Brandhout moet gezaagd, gekliefd en gedroogd worden
Brandhout moet op de correcte lengte gezaagd worden. Indien uw kachel houtblokken tot 40cm aankan is het een goed idee om de blokken 5cm korter te maken. Houtblokken dienen altijd gekliefd te worden indien hun diameter meer dan 10cm bedraagt. Blokken met een diameter tot 20cm klieft men in 4 stukken en met een diameter tot 30cm in 6 stukken. Klieven helpt om het hout veel sneller te laten drogen omdat de schors voor een groot deel de verdamping van vocht tegengaat.
De beste manier om hout te laten drogen is om het op te stapelen in enkele rijen die zoveel mogelijk blootgesteld zijn aan de zon en waar er voldoende wind door kan. Dit zal het drogen veel sneller laten verlopen dan wanneer het hout kort tegen mekaar gestapeld wordt op een plaats waar weinig of geen zon komt. Zorg er voor dat het hout ten alle tijden afgeschermd is van regen.
Ook belangrijk is dat brandhout niet rechtstreeks op de grond mag gelegd worden. De wind kan hier niet onder en er zal zich schimmel vormen op de onderste rij houtblokken. Men kan door het hout te stapelen op paletten of panlatten er voor zorgen dat er steeds wind onder het hout kan circuleren. Indien u deze richtlijnen toepast kan vers brandhout dat in de lente te drogen werd gelegd binnen 5 a 6 maanden klaar voor gebruik zijn. Eik en beuk moeten langer drogen omdat door de harde struktuur van het hout het vocht niet snel genoeg kan verdampen.
Bewaar brandhout op een droge en goed geventileerde plaats
Nadat het hout gedurende de ganse lente en zomer heeft kunnen drogen is het aangewezen om het hout te beschermen tegen de herfst en winter. Deze kunnen er voor zorgen dat, door een hogere luchtvochtigheid, het hout meer vocht gaat opnemen en de kans op schimmelgroei toeneemt. Men heeft een ruimte nodig, zoals een houtschuurtje, kort bij de woning om het hout op te slaan. Liefst niet aan het einde van de tuin zodat u 30 meter moet lopen door de regen om hout te gaan halen.
Het ideale is om een plaats te hebben kort bij de woning waar men het hout in kan leggen. Deze ruimte moet groot genoeg zijn om tenminste een houtvoorraad voor de ganse winter in te bewaren. Bij sommige woningen loopt het dak aan de zijkant van het huis verder door zodat men hieronder een grote hoeveelheid hout kan bewaren. Men moet er wel voor zorgen dat het hout niet nat kan regenen.
Breng niet teveel hout ineens naar binnen. Een voorraadje voor maximum 2 dagen is voldoende. Hiermee kan u beter in de gaten houden of er insecten aanwezig zijn op het hout. U zal merken dat indien het hout voldoende gedroogd is er vrijwel geen insecten op of in het hout zitten. Hout dat binnenshuis ligt zal sneller tot ontbranding komen dan hout dat uit de vrieskou komt. Het verbranden van schors draagt weinig bij aan de verwarming van de woning maar mag altijd verbrand worden zonder nadelige gevolgen voor kachel of schoorsteen.